Je hond aan de leiband leren lopen is enerzijds makkelijk omdat je gewoon consequent en duidelijk moet zijn over wat je wilt, en omdat er elke dag duizenden momenten zijn waarop je de puppy dit kunt aanleren. Maar dat is ook de reden waarom het zo moeilijk is. Honden worden goed in wat ze vaak oefenen, zoals netjes aan de lijn lopen ... of net niet netjes aan de lijn lopen. De meeste honden worden elke dag meerdere keren uitgelaten, dus kan het elke keer opnieuw de goede of juist de verkeerde kant opgaan. Daarom moet je deze training slim aanpakken.
Op zondagavond denk je: ‘Oké, deze week ga ik mijn hond aan de leiband leren lopen.’
Maar op maandagochtend regent het, je moet je haasten om niet te laat op het werk te zijn, je bent allesbehalve uitgeslapen en eerlijk gezegd heb je er even geen zin in. Het resultaat die wandeling: je hond trekt aan de lijn. ‘Maar bij de volgende wandeling begin ik ermee!’
Klinkt dat herkenbaar?
Dat is precies wat we bedoelen met 'het slim aanpakken'. Je kunt je hond gewoon uitlaten en hem aan de lijn laten trekken zonder dat hij 'verkeerd' gedrag oefent.
Hoe je puppy leren wandelen aan de lijn
Zo pak je het aan om je hond aan de riem te leren lopen:
1. Aan het begin van de wandeling draagt je hond een harnas met een lange lijn. Idealiter eentje van zo'n vijf meter, maar drie of vier meter is ook goed.
2. Maak de lijn vast aan een riem of bind ze rond je middel als je een klein hondje hebt. Laat de hond zo rondlopen en naar hartenlust snuffelen, plassen en springen (maar hou het veilig).
3. Na een tijdje wordt hij moe of op z'n minst een beetje minder uitgelaten. Dat is het moment waarop je begint met de training.
4. Vervang het harnas door een comfortabele leiband en een kortere lijn. Zo weet je hond duidelijk dat jullie nu even gaan trainen.
!! Vanaf dat moment moet je consequent zijn en het gedrag van je hond bijsturen waar nodig.
5. Begin de sessie door een paar beloningen, zoals brokjes of snoepjes, naast je linkervoet te leggen.
6. Terwijl de puppy ze opeet, zet je een of twee stappen vooruit, afhankelijk van hoe snel je hond is en hoe lang de lijn is.
7. Wacht tot hij je inhaalt en herhaal de oefening door weer een paar brokjes naast je linkervoet te leggen.
8. Na een tijdje kun je de puppy tijdens het wandelen een brokje uit je hand geven, zodat hij enkele stappen naast je blijft lopen. Daarna leg je weer enkele brokjes naast je voet.
9. Dan geef je twee brokjes uit je hand terwijl jullie samen wandelen, en daarna leg je er weer een paar bij je voet.
10. Verhoog het aantal brokjes dat je uit de hand geeft tot 20 (een brokje per stap voor 20 stappen) en leg er dan een paar naast je voet.
11. Zodra dit goed lukt, kun je meer stappen tussen de brokjes zetten. Brokje, twee stappen, brokje. Dan zet je drie stappen, daarna eentje. Dan vier stappen, brokje, twee stappen. Je snapt wel wat we bedoelen.
12. Oefen in verschillende omgevingen. Begin op een makkelijke plek zonder triggers of spannende dingen die in de buurt gebeuren. Als dat lukt kan je het in een meer uitdagende omgeving proberen.
Oefen een paar minuten bij elke wandeling en doe je hond daarna het harnas met de lange lijn weer om. Het bovenstaande stappenplan kan enkele maanden in beslag nemen. Aan een losse lijn lopen is nu eenmaal niet iets dat je hond in een paar sessies leert. Bij een puppy kan het zelfs langer duren voordat hij netjes naast je blijft lopen! Wees dus geduldig. En als je geen tijd hebt om geduldig te zijn, gebruik je gewoon het harnas en de lange lijn en laat je een hond uit die geen fouten kan maken omdat hij gewoon alles mag doen.
Help, mijn hond trekt aan de lijn!
Lukt het maar niet om je hond te trainen? Probeer dan de volgende dingen:
1. Laat je hond iets interessants doen voordat jullie gaan wandelen. Een snuffelspelletje, trucs leren en andere denkspelletjes zijn ideale manieren om hem een beetje moe te maken. Dat maakt de training daarna meestal makkelijker.
2. Kies betere beloningen! Dit is de oplossing voor tal van trainingsproblemen. Denk eraan: hoe moeilijker de omgeving, hoe beter de beloning moet zijn.
3. Sommige honden zijn fysiek gewoon niet in staat om even traag te lopen als een mens. Dat probleem los je op met een iets langere lijn, ook tijdens de training.
4. Maak jullie wandelingen interessant. Smeer iets lekkers aan een boom, strooi snoepjes uit, stop en laat je hond zijn evenwicht zoeken op een boomstronk of rots, ga een stukje van het wandelpad af. Zo gaat je hond het leuker vinden om dicht bij je te blijven dan wanneer je gewoon rechtdoor over het asfalt loopt.
Gelukt, mijn puppy heeft leren wandelen aan de lijn. Wat nu?
Vergeet niet dat het voor honden essentieel is om te snuffelen, te stoppen om te plassen en zich te ontlasten, op ontdekkingstocht te gaan, in het zand of gras te rollen en hertensporen of een interessante hoop modder te onderzoeken. Laat je hond een hond zijn, zelfs al is hij aangelijnd. Ook wanneer je hond al prima aan de leiband heeft leren lopen, moet je hem dus genoeg ruimte geven om op avontuur te gaan en zijn omgeving te verkennen. Honden zijn niet gemaakt om in een rechte lijn over asfalt te lopen!
Nadat je hond geleerd heeft om netjes naast je te blijven, kun je ook alleen het harnas en de lange lijn blijven gebruiken. Meestal heeft een hond slechts een paar trainingssessies nodig om te begrijpen dat hij met een harnas om dezelfde regels moet volgen. Een lange lijn en een harnas geven hem meer vrijheid en zijn comfortabeler dan een halsband en een kortere lijn.